Nederlanders leven in een consumptiemaatschappij. We kopen graag, we kopen veel en we kopen voor zo min mogelijk geld. We zijn koopjesjagers, een bijkomstigheid van de welvaart in de jaren zestig die de televisie, de auto en een vakantie naar het buitenland in de ‘gewone’ huishoudens heeft gebracht. Waar komt deze welvaart vandaan? En kopen we te veel?
Waar komt de stijging in welvaart vandaan?
Na de Tweede Wereldoorlog gaat Nederland een periode van wederopbouw in. Veel gebieden zijn compleet verwoest door oorlogsgeweld en moeten hersteld worden. De economie heeft door de beurscrash in 1929 en de oorlog zware klappen gekregen en iedereen moet hard werken en zuinig leven om Nederland hier bovenop te helpen.
Minister-president Willem Drees (1948 – 1958) zien we als de verpersoonlijking van de wederopbouw. Drees begint als lid van de SDAP (later PvdA) en wordt in 1947 minister van Sociale Zaken. In 1948 wordt hij premier. Hij zet de lonen en de prijzen vast, zodat Nederlanders niet te weinig verdienen en dat tegelijkertijd de prijzen niet te hoog zijn. Daarnaast zet hij zich in voor meer werkgelegenheid en bevordering van de industrie. Ook roept hij de Noodwet Ouderdomsvoorziening in het leven, wat later onze AOW wordt. De verzorgingsstaat begint dankzij Willem Drees.
De wederopbouw slaagt dankzij Drees, maar ook dankzij de leningen en investeringen van de Marshallhulp . Nederland verandert langzaam in een consumptiemaatschappij, overgenomen van de Verenigde Staten. Steeds meer mensen gebruiken bijvoorbeeld de auto en een bezoek aan de supermarkt wordt een familie-uitje. Dit zijn allemaal tekenen van een groeiende welvaart.
In 1963 spreken we van een loonexplosie: door onder andere een tekort aan arbeiders stijgen de lonen dat jaar zeker 15 procent. Dit tekort heeft te maken met het feit dat veel hoogopgeleide Nederlanders naar andere landen vertrekken om daar te gaan werken. Tegelijkertijd willen ze het fabriekswerk niet meer doen, wat een probleem veroorzaakt. Daarnaast groeit de bevolking snel en is er meer vraag naar producten. De productie moet stijgen.
De opkomst van de supermarkt
Iets anders dat uit het buitenland overkomt, is het concept van de supermarkt. Het idee van een zelfbedieningswinkel is bedacht door de Amerikaanse Clarence Saunders.